Een rechtbank in Hamburg heeft bepaald dat een commerciële partij moet controleren of een geplaatste link inbreuk maakt op auteursrecht. Dit is in lijn met de recente GeenStijl-uitspraak van het EU-Hof, maar de Duitse rechter kiest voor een brede uitleg.

Dat dit problematisch is, legt Europarlementariër Julia Reda uit aan Ars Technica. Zij stelt dat deze uitspraak 'de vernietigende gevolgen laat zien van de GeenStijl-uitspraak op de toekomst van internet'. In die uitspraak oordeelde het EU-Hof dat het linken naar auteursrechtelijk beschermd materiaal geen inbreuk is, maar introduceerde het daarnaast een uitzondering. Zo mag de linkende partij niet van tevoren weten dat het materiaal onrechtmatig is gepubliceerd en mag het linken niet met een winstoogmerk gebeuren. Dat gebeurde wel in de zaak van de Duitse uitspraak.

Kort na het bekend worden van de GeenStijl-uitspraak liet hoogleraar Bernt Hugenholtz al weten dat de uitspraak een 'vervuiling van het auteursrechtelijke systeem is'. De Europese rechter oordeelde dat GeenStijl inbreuk had gemaakt, omdat er winstoogmerk aanwezig was bij het publiceren van links naar Playboy-foto's.

Voor meer over de uitspraak en reacties hierop, lees het volgende bericht.